Naar Italië.
Kun je je iets heerlijkers voorstellen? Nee, natuurlijk. Maar waarom gaan zoveel mensen altijd naar dezelfde plaatsen? Natuurlijk is Toscane prachtig en is Rome adembenemend. Maar Italië heeft nog zoveel meer te bieden. Daar wil ik u, met deze website, graag op wijzen. Op de minder bekende plekken in Italië, waar je als Italië-liefhebber beslist geweest moet zijn. En wie ben ik?
Ik ben Ineke Spoorenberg, afgestudeerd in Italiaans en jarenlang redacteur bij het NOS-journaal (specialisatie Italië).
Ik toer mijn hele leven al in een oud autootje rond in Italië en heb op mijn reizen veel van het land gezien. Een paar jaar geleden heb ik de afstand Bussum-Rome zelfs te voet afgelegd. Dan krijg je Italië weer van een heel andere kant te zien. Ik zou zeggen: houd deze website in de gaten, raadpleeg hem als u binnenkort naar het zuiden afzakt. MISSCHIEN BRENG IK U OP EEN IDEE.
Iedere maandag een nieuw verhaal!



M I L A A N  8
Winter 2013
Op de monumentale begraafplaats van Milaan staat een vrouw met een fototoestel in haar handen. Ze kijkt me aan en zegt: “Ik zie hier zoveel mooie dingen, ik weet gewoon niet wat ik als eerste zal fotograferen.” Ik kan het me voorstellen, het kerkhof is een waar openluchtmuseum.
Ik ben vanmorgen al vroeg uit het hotel vertrokken. Het is zondagmorgen en ik loop door verlaten straten. Het is koud maar zonnig in Milaan. Na een dag regen, is het weer een verademing, de lucht is felblauw, de atmosfeer knapperig, fris.
Ik ben op weg naar stazione Garibaldi in het noodoosten van de stad. Ik heb gehoord dat in deze buurt veel nieuwe gebouwen worden neergezet met een spectaculaire moderne architectuur. Die wil ik wel eens zien. Daarna ga ik naar de cimitero monumentale, dat daar vlak naast ligt.

Nieuwbouw
Er is inderdaad veel bouwactiviteit, zelfs op deze zondag. Hijskranen zijn aan het werk, de weg ligt gedeeltelijk open. Ik kom aan bij het ook al zeer moderne nieuwe station. Het centrum eromheen oogt niet ongezellig. Er zijn terrassen, barretjes en veel winkels.
Naast het station ultramoderne appartementen. Flats met hele rare scherpe hoeken. Achter het station zie ik de wolkenkrabber van de Regione Lombardia, een gebouw dat is ontworpen door architecte Gaetana Gaulenti. Het is een zilverkleurige kolos met op het dak een hele scherp uitlopende zilveren punt.

Moderne architectuur
Ook in andere delen van Milaan krijgt moderne architectuur de ruimte. Een voorbeeld is het museum voor hedendaagse kunst, een prachtige creatie, vloeiend van vorm. Of ‘Il Portello’ aan de Via Certosa, een volksbuurt, waar architect Zanusso flats met een ecologische inslag heeft neergezet.
Bij stazione Garibaldi staan oud en nieuw vlak naast elkaar. Ook de neo-classicistische Porta Garibaldi en het kerkje van Sant’Antonio di Padua eisen de aandacht op, al lijkt het laatste, tussen de moderne gebouwen, iets gekrompen. Bouwen betekent hier niet noodzakelijkerwijs het afbreken van iets anders. Alles mag naast elkaar bestaan.

Monumentale Begraafplaats
De monumentale begraafplaats van Milaan moet je gewoon gezien hebben, het is echt een openluchtmuseum. Met moeite bereik ik de ingang tussen de opengebroken wegen. Met de Expo 2015 in het verschiet, trekt Milaan alle registers open om goed voor de dag te komen. Behalve dat er veel wordt gebouwd, krijgt ook het wegennet een beurt.
Voor me ligt een groot plein voor een imposant gebouw met zowel links als rechts twee lange zij-vleugels. Een majestueus paleis voor de doden. De Guida d’Italia spreekt van een soort ‘pantheon van de stad’, een heiligdom waar de meest illustere Milanezen begraven liggen.
De begraafplaats dateert uit het midden van de 19e eeuw. Architect Carlo Maciachini heeft van vijf kleinere kerkhoven één grote gemaakt. Inmiddels beslaat deze dodenstad 250.000 vierkante meter.

Grafmonumenten
Het is al aardig druk. Voor de ingang staat een bloemenstal die goede zaken doet. Als ik dichterbij kom, zie ik dat het dodenpaleis helemaal open is, ik kan zo de trap nemen, er doorheen lopen en er aan de andere kant weer uitgaan. Aan de achterkant ligt de eigenlijke begraafplaats. Maar ook dit hoofdgebouw staat vol met grafmonumenten.
Daarnaast zijn er ook veel borstbeelden, zoals van Verdi, Garibaldi en Camillo Cavour, beroemde Italianen die niet hier, maar in hun eigen omgeving begraven wilden worden. Ik loop door het gebouw heen. Ik zie vele soorten grafkunstwerken. Sommige zijn erg theatraal, verdriet breeduit geëtaleerd, anderen tonen ingehouden emotie.

Huilende vrouw
Dan loop ik de trap af naar de andere kant van het gebouw. Zover ik kan kijken, zie ik graven. Het is er enorm vol. Gelukkig is er ook veel groen. Statige naaldbomen met afhangende takken geven wat rust aan het geheel. Veel graven zijn opgesierd met beeldhouwwerk. Vaak zijn het beelden in een dramatische enscenering. Een huilende vrouw, de man met de zeis, een liefdespaar. Sommige families hebben gekozen voor een kleine kapel, enkele liggen met z’n allen in een kleine toren.

Geschiedenis
Deze plek is ook een stille getuige van de geschiedenis van Milaan. Aan de verschillende grafzerken, monumenten en kapelletjes kun je verschillende artistieke invloeden en tijden aflezen. Voor veel kunstenaars was hun bijdrage aan één van de grafmonumenten een prestigezaak.
Monica Bertolotti, is een Braziliaanse beeldhouwster. Ze zwerft deze ochtend ook over deze immense dodenakker. We raken in gesprek en maken vervolgens een foto van elkaar. Ze voelt zich overweldigd door al dit prachtige beeldhouwwerk: “Wat kan ik hier nog aan toevoegen?”

Beeldhouwster
Ze laat me ook zien wat ze zelf maakt. Binnenkort heeft ze een expositie in Milaan en ze heeft een uitnodiging bij zich waarop een paar van haar kunstwerken te zien zijn. Ze maakt sculpturen van hout, in een heel eigen stijl.
Ze stelt voor om samen de begraafplaats te bekijken. Dat doen we dan en onderwijl vertellen we elkaar het één en ander over ons leven, zoals vrouwen die elkaar aardig vinden dat zo gemakkelijk doen. Na een uurtje neem ik afscheid van haar want ik heb geen zeeën van tijd.

San Siro
Het is zondagmiddag, dus voetbalmiddag. Hèt moment om een taxi aan te houden en me naar het San Siro stadion te laten brengen. Hoewel ik maar matig in voetbal ben geïnteresseerd, vind ik dat ik er toch een kijkje moet gaan nemen. Het stadion hoort zo bij de identiteit van Milaan.
Als ik er aankom, is het er een gekkenhuis. Honderden tifosi verdringen zich voor de ingang. Ik schiet een barretje in waar het wat rustiger is en ga aan het buffet hangen. “Wat voor wedstrijd wordt er zo gespeeld?” vraag ik een gezette man die achter de bar staat. Terwijl hij een espresso voor me klaarmaakt, trekt hij een dramatisch gezicht. “Inter speelt zo tegen Sampdoria, maar….” Hij maakt een wegwerpgebaar, wat iets wil zeggen van …het is allemaal niks.
Hij blijkt een fan van AC Milan en die staan er volgens hem beroerd voor. Om een soort bondje te smeden, vertel ik dat mijn club in Nederland, PSV, er ook helemaal niets van bakt, dit seizoen. Daar knapt ie van op. Hij begint de Nederlandse spelers van weleer op te sommen. “Goellit, Rijkaart, Van Bààsten, Zjneijder, Zeedorf, als die hier nog hadden gespeeld…! “ Dan volgt een verhandeling over de verwende Italiaanse voetballers.

Exclusief voor voetbal
Het San Siro stadion dateert uit de jaren ’20. De toenmalige president van AC Milan, Piero Pirelli, wilde een exclusief veld voor voetbal dus zonder atletiekbanen. Het kwam vlak naast de renbaan te liggen.
Het stadion werd op 19 september 1926 ingewijd met, hoe kan het ook ander, een voetbalwedstrijd. AC Milan werd onder de neus van 35.000 toeschouwers met 6-3 ingemaakt door Inter(nazionale).
Aanvankelijk was de grond van het stadion in het bezit van AC Milan, tegenwoordig is Inter mede-eigenaar. Doordat diverse legendarische UEFAcup finales hier zijn beslist, heeft het in de ogen van de voetbalfans een bijna mytische status. Overigens is de naam San Siro de naam die de voetbaltempel in de volksmond kreeg, omdat het in de San Siro wijk ligt. Sinds 1980 heet het officiëel het Giuseppe Meazza Stadion, vernoemd naar een beroemde voetballer.

Museum
Het stadion is in de loop der jaren nogal eens gerenoveerd. Er worden ook regelmatig popconcerten gehouden. Binnen heeft het sportpaleis ook een museum waar historische shirts, schoenen, bekers en trofeeën bewonderd kunnen worden en alles wat maar met de geschiedenis van de twee Milanese voetbalclubs te maken heeft.
Als je de suppoosten een beetje lief aankijkt, willen ze je wel een rondleiding geven. Wel op een rustige dag natuurlijk, dus niet vlak voor een wedstrijd.
Ik blijf nog even in het barretje hangen. Even later horen we een enorm gejuich uit het stadion opklinken. Blijkbaar een doelpunt. Als ik ’s avonds aan de receptionist van het hotel vraag hoe de wedstrijd is afgelopen, antwoordt hij, een vies gezicht trekkend: 1-1.


Image 1 Milaan


Slideshow In HTML Code by WOWSlider.com v2.0












Copyright © 2013 Met Ineke in Italie | Reisverhalen |