Naar Italië.
Kun je je iets heerlijkers voorstellen? Nee, natuurlijk. Maar waarom gaan zoveel mensen altijd naar dezelfde plaatsen? Natuurlijk is Toscane prachtig en is Rome adembenemend. Maar Italië heeft nog zoveel meer te bieden. Daar wil ik u, met deze website, graag op wijzen. Op de minder bekende plekken in Italië, waar je als Italië-liefhebber beslist geweest moet zijn. En wie ben ik?
Ik ben Ineke Spoorenberg, afgestudeerd in Italiaans en jarenlang redacteur bij het NOS-journaal (specialisatie Italië).
Ik toer mijn hele leven al in een oud autootje rond in Italië en heb op mijn reizen veel van het land gezien. Een paar jaar geleden heb ik de afstand Bussum-Rome zelfs te voet afgelegd. Dan krijg je Italië weer van een heel andere kant te zien. Ik zou zeggen: houd deze website in de gaten, raadpleeg hem als u binnenkort naar het zuiden afzakt. MISSCHIEN BRENG IK U OP EEN IDEE.
Iedere maandag een nieuw verhaal!



C A S T E L L 'A R Q U A T O
voorjaar 2013
Een politieauto. Of ze me kunnen helpen. Ik heb net de linkerzijspiegel van de auto eraf gereden bij de tolpoort van de autostrada en sta wat hulpeloos naast m’n auto. “En m’n paspoort ligt nog in het hotel van gisteren” barst ik uit, voor het geval ze erom vragen.

Giornataccia
“Signora, u heeft una vera giornataccia” zegt de agent meelevend, een echte rotdag. “Kijk maar goed in je binnenspiegel” zegt ie, “fijne dag nog” en weg zijn ze. Ik kom toch goed aan in Vernasca, een piepklein dorp op een heuvel onder Piacenza, waar ik in hotel La Turista een kamer neem. Drie zussen met hun jonge gezinnen runnen dit hotel dat een mooi uitzicht heeft over de Apennijnen. Het hotel is simpel maar gemoedelijk.

Ridderfilms
De volgende ochtend rijd ik met bungelende spiegel naar Castell’Arquato, een stadje waar nog wel eens ridderfilms worden opgenomen, omdat het daarvoor precies het goede decor heeft. Al vanuit de verte zie je de burcht met zijn torens een vuist maken naar de omgeving. Ik ga de stadspoort door en begin naar boven te lopen. De piazza is op het hoogste punt. Aan de piazza liggen onder meer het Palazzo della Podestà en de Rocco Viscontea, dat is de burcht met de torens en een Romaanse kerk met een kloosterhof.

Longobardische landheer
Hoewel Castell’Arquato een middeleeuws aanzicht heeft, gaat haar geschiedenis veel verder terug en is die tot de 7e eeuw ook goed gedocumenteerd. Ontstond de plaats ooit als een Romeins ‘castrum’, in de 8e eeuw spande een machtige Lombardische landheer zich in om een echte stad van Castell’Arquato te maken. Hij liet huizen bouwen en ook de kerk met het aangrenzende klooster. In de twaalfde eeuw stortte de kerk door een aardbeving in. De Santa Maria Assunta en het klooster werden in vijf jaar tijd herbouwd en op 13 augustus 1122 opnieuw gewijd. Het kloosterhof is indrukwekkend omdat het helemaal origineel en zonder opsmuk is.

Pest-epidemie
Ik ben ook onder de indruk van de kapel rechts in de kerk die is gewijd aan de heilige Caterina van Alexandrië. De kapel is overdekt met fresco’s. Een gids van het museum vertelt me dat de kerk, inclusief de kapel, begin 1700 helemaal wit gekalkt werd in verband met een heersende pestepidemie. Dat werd gedaan om de kerk te ontsmetten. In 1899 ontdekt een professor dat er onder die witte muren wel eens een kunstwerk verscholen kan zitten en hij laat heel voorzichtig de kalk van de muren halen. De fresco’s komen er in redelijke staat onderuit en worden gerestaureerd. De kapel is nu het topstuk van de kerk. Dan is het tijd voor koffie en strijk ik op een terras voor het Palazzo della Podestà neer. Een oma en een dochter met een baby op de arm, zijn daar druk in de weer. Alledrie gekleed in panterprint. De oma raadt mij later aan ook naar het museo Illica te gaan. Ik heb nog nooit van Luigi Illica gehoord, hij schreef het libretto voor de opera’s van Puccini. Ik laat het maar even zitten.

Rocca
Dè blikvanger van Castell’Arquato is de Rocca Viscontea, het fort dat Luchino Visconti hier in 1345 laat bouwen. Vooral de immense torens imponeren. Met dit gebouw maakte Visconti aan de hele omgeving duidelijk dat hij nu de baas was. Ik kijk naar de poort en de ophaalbrug. Er is geen ridder te zien. De enige die ik er zie is een man die kaartjes verkoopt. En die draagt geen harnas maar een blauwe trui.


Image 1Castell’Arquato